6-13 april 2008
Verslag van de tegelreis van 32 tegelvrienden naar Lissabon en omgeving, ter gelegenheid van het 40-jarig jubileum van de Stichting Vrienden van het Nederlands Tegelmuseum onder de bezielende leiding van Francine Stoffels, die deze reis minutieus heeft voorbereid en georganiseerd, met ondersteuning van Marianne Holtkamp.
Zondag 6 april 2008
Ter voorbereiding op de tegelreis en voorafgaand aan de vlucht naar Lissabon gingen Will en Herbert van den Berge alsmede Johan Kamermans bij aankomst op Schiphol op zoek naar een tegeltableau in de dependance van het Rijksmuseum op Schiphol (achter de paspoortcontrole op de Holland Boulevard). Het blauwe tegeltableau (168 x 207 cm), dat een zeegezicht voorstelt met een vissende haringvloot onder bescherming van een oorlogsschip met het wapen van Rotterdam, ca. 1680-1720, is geschilderd door Cornelis Pieterszoon Boumeester (1652-1733).
Tegeltableau "Zeegezicht met een haringvloot" van Cornelis Boumeester.
Op Schiphol begon de reis met een vertraging van twee uur en werden we van de ene gate naar de andere gestuurd. Daar werden de eerste contacten gelegd. Na een goede vlucht kwamen we in Lissabon aan waar ‘onze bus’ en ‘our man in Lisbon’, Rui Mota, klaarstonden voor een kleine rondrit op weg naar ons hotel in het centrum. Onderweg werd ons gewezen op betegelingen van huizen en stopten we bovenaan het Parque Eduardo VII met uitzicht op het Praça Marquês de Pombal en de Taag.
Vervolgens werd koers gezet naar het hotel, Residencial Florescente, vrolijk betegeld, en werd afgesproken om voor het diner gezamenlijk langs een paar mooie art nouveau tegeltableaus en -gevels te wandelen op weg naar het restaurant, Cervejaria da Trindade. Een prachtig restaurant, van oorsprong een klooster, dat in de negentiende eeuw voorzien werd van schitterende tegeltableaus met de elementen, de jaargetijden, en vrijmetselaarssymbolen (derde kwart negentiende eeuw). Gezeten aan lange tafels genoten wij van Posta Bacalhau na Brasa (gegrilde zoutevis) of Bife Lombo à Trindade (runderfilet Trindade stijl), begeleid door heerlijke wijnen en een ‘pittige’ likeur of bagaço ter afsluiting.
Maandag 7 april 2008
Met taxi’s, heel goedkoop, naar de Igreja Nossa Senhora da Boa-Hora (een barokkerk met veel tegeltableaus). Een toelichting wordt gegeven door de Prior, Francisco Duarte dos Santos, met een vertaling door Francine Stoffels. Op de tegeltableaus, die worden toegeschreven aan Francisco Jorge da Costa, staan Bijbeltaferelen en de vier evangelisten. Langs de wanden van het schip tonen tableaus het levensverhaal van de kerkvader Augustinus, dat door Evert van Gelder wordt verteld. In een kapel is de geschiedenis van Mozes te zien. Het trompe-l’-oeil plafond is geschilderd door een Fransman.
Igreja Nossa Senhora da Boa-Hora
Vervolgens lopen we naar het Arquivo Histórico Ultramarino (Historisch archief voor de overzeese gebiedsdelen 1750 – 1974). In de koepelzaal van dit voormalige paleis van de adellijke familie Saldanha, graven van Ega, bevinden zich Nederlandse tegeltableaus uit ca. 1725 met acht havengezichten: Constantinopel, Keulen, Londen, Venetië, Hamburg, Middelburg, Rotterdam en Antwerpen. Johan Kamermans geeft een toelichting. Of de tegeltableaus zijn toe te schrijven aan Boumeester, zoals vroeger gedaan werd, of aan Van der Kloet, is een punt van discussie.
Na de lunch heeft de groep zich gesplitst.
Een deel van de groep gaat wandelend richting Rua de Campo de Ourique o.l.v. Hans van Lemmen en Francine Stoffels en brengt een bezoek aan een interessante bakkerij. In de bakkerij zijn veel pilaren betegeld met art nouveau tegels (schitterende vlinders), ontworpen door Rafael Bordalo Pinheiro (1846-1905). Een bezoek meer dan waard, niet alleen wegens de betegelingen maar ook voor de heerlijke koffie en pastéis.
Het andere deel van de groep wandelt, uiteraard langs tegels, via de Rua das Janelas Verdes naar de Cais do Sodré.
Om drie uur is iedereen bij het Convento dos Cardaes (voormalig klooster). Johan geeft weer een toelichting. Voor deze kerk heeft men speciaal in Amsterdam tegeltableaus laten maken door Jan van Oort (rond 1680), zoals uit de signatuur blijkt. Ze geven het leven van de heilige Teresa van Ávila weer.
Vervolgens wandelen we naar de Igreja de São Roque, derde kapel oost, met een houten beschilderde zoldering en maniëristische Spaanse tegels met Antwerpse invloeden, gesigneerd en gedateerd door Francisco de Matos, uit 1584.
Terug naar het Hotel om ons te kleden voor een ontvangst in de Residentie van Hr. Ms. Ambassadeur, Drs. R.J. van Houtum. Onder de Portugese genodigden (tegelvrienden en museumdirecteuren) bevond zich ook de dochter van de bekende Portugese tegelkenner J.M. dos Santos Simões (auteur van het boek Carreaux céramiques hollandais au Portugal et en Espagne, Den Haag 1959). Het was een zeer gezellige bijeenkomst en de heer Van Houtum, die er zelf ook zichtbaar van genoot, leidde een aantal van ons door de tuin en enkele privévertrekken, waar zich zowaar nog een paar tegels bevonden, een en ander onder het genot van een hapje en een drankje. Frans Caignie heeft namens De Stichting Vrienden van het Nederlands Tegelmuseum en de European Ceramic Tiles Circle geprobeerd contacten te leggen met afgevaardigden van diverse musea om tot een uitwisseling van tegelkennis te komen.
Dinsdag 8 april 2008
Met taxi’s vertrekken we naar het Museu Nacional do Azulejo (MNAz) met de Igreja da Madre de Deus, dat deze ochtend uitsluitend voor onze groep open is. Dona Leonor, de weduwe van koning João II, stichtte het Convento da Madre de Deus in 1509. De kerk, oorspronkelijk gebouwd in Manuelstijl, werd onder João III gerestaureerd in renaissancestijl. De opvallende barokversieringen werden toegevoegd door João V. Het klooster vormt de ideale behuizing voor het nationale tegelmuseum. Aan de hand van decoratieve tableaus, losse tegels en foto’s wordt de ontwikkeling van het tegelbakken en de gehele tegelcultuur aanschouwelijk gemaakt, van de invoering door de Moren en de Spaanse invloed tot en met de Nederlanden en de eigen Portugese stijl;
We worden verwelkomd door medewerkers van het Museum en de Vriendenvereniging, die wij de avond tevoren op de Ambassade reeds hadden ontmoet, en die ons begeleiden en vervolgens op versnaperingen trakteren. Het Museu Nacional do Azulejo heeft sinds kort een volledig vernieuwde Website.
Lejo Schenk geeft een toelichting bij de Nederlandse tegeltableaus van Van der Kloet en Van Oort in de kerk. De reeds genoemde Portugese tegelkenner J.M. dos Santos Simões heeft deze tableaus nauwkeurig bestudeerd en hij kwam tot de conclusie dat de panelen bij een negentiende-eeuwse restauratie van de muur gehaald zijn en verplaatst. Bij die gelegenheid zijn er waarschijnlijk ook panelen in particuliere collecties terecht gekomen. Op een van de tableaus is bijvoorbeeld een schaap te zien zonder kop, een duidelijk bewijs dat het tableau daar afgesneden is.
Nederlandse tegeltableaus van Van der Kloet en Van Oort in de Igreja da Madre de Deus.
Indrukwekkend is het Grote Panorama van Lissabon, gezien vanuit het zuiden, uit ca. 1700, dat is toegeschreven aan Gabriel del Barco. Interessant is dat het tableau laat zien hoe de stad er voor de aardbeving van 1755 uitzag. Het is bijna 23 meter breed. Het museum bezit ook twintigste-eeuwse tegels, o.a. van Maria Keil (geboren 1914, zie verder onder Metrostations).
‘s Middags bezoeken wij de Fundação Ricardo Espírito Santo Silva (Museu das Artes Decorativas). Na de ontvangst door de directrice en het aanbieden van een tegel en een antiquarisch tegelboekje worden we rondgeleid door conservatrice Margarida Serra, die ook Nederlands spreekt. Er moesten heel wat meubels verschoven worden om de tegels, die deel uitmaken van de wandbekleding, te kunnen bekijken. In de gewoonlijk gesloten ontvangstruimte zagen we een strook veel oudere tegels afkomstig uit een ander paleis, zogenaamde macacarias (‘singeries’, in goed Nederlands), karikaturen met apen in scènes uit het dagelijks leven of politieke satires.
Fundação Ricardo Espírito Santo Silva
Door de stromende regen repten we ons naar het Mosteiro de São Vicente de Fora, waar Lejo Schenk enkele fabels van La Fontaine voordroeg, bij de bijbehorende tegeltableaus. De tentoongestelde tableaus over deze fabels komen oorspronkelijk uit dit klooster, maar zijn ooit uit de muren verwijderd. Ook de kloostergangen zitten vol met tegeltableaus en er is een zaal met beroemde historische tableaus.Sommigen van ons gaan vervolgens wandelen in Alfama op zoek naar registos (kleine tegeltableaus van beschermheiligen, o.a. tegen brand en aardbevingen, op gevels van woonhuizen) en tegelantiquairs rond de oude kathedraal.
Woensdag 9 april 2008
Met de ‘eigen’ bus en Rui Mota, die geregeld dreigende probleempjes weet af te wenden en de buschauffeurs in het gareel houdt, naar de Igreja S. Bartolomeu da Charneca, waar we pas na ingrijpen van de bisschop zelf door de dwarse (Nederlandse!) pastoor worden toegelaten. Het altaar is bekleed met een tegeltableau dat het Laatste Avondmaal voorstelt. Verder zijn de muren bedekt met zeventiende-eeuwse tegels in schaakbordpatronen (‘enxaquetados’) en tableaus van de grote meester Gabriel del Barco. We vervolgen onze tocht naar de Quinta dos Azulejos (nu de particuliere school Colégio Manuel Bernardes). In de tuin van dit vroegere paleis zijn veel achttiende-eeuwse gekleurde tegeltableaus aanwezig met voorstellingen uit de Oudheid en de Bijbel en geelpaarse tuinbanken. Veel tegels zijn ernstig beschadigd door de weersinvloeden.
Igreja S. Bartolomeu da Charneca
Quinta dos Azulejos, uit verschillende decennia (rond het midden) van de 18de eeuw. Barok, rococo en Pombalijns (9D 9E 9F)
Op weg naar het Colégio Militar zijn we gestopt bij het Metrostation Colégio Miltar/Luz om de moderne tegeltableaus van Manuel Cargaleiro (geboren 1927) uit 1987 te bewonderen, met visuele grapjes op het diamantkoppatroon, dat we onder andere in de Igreja de São Roque gezien hebben, en op het Panorama van Lissabon in het Nationale Tegelmuseum (9G en 9H).
Op het Colégio Militar, een particuliere militaire school met tuin, oorspronkelijk opgericht als ziekenhuis en later een grafelijk paleis, krijgen we een rondleiding door het militair museum, het hospitaal (met figuras de convite van Mestre PMP) en de twee tuinen, allemaal geheel bekleed met tegels en tegeltableaus met voorstellingen van musici, dansers en werelddelen, evenals tableaus die zijn uitgesneden in de vorm van de antieke beelden die zij voorstellen, van de hand van Francisco Jorge da Costa. Een poort met hek, aan één kant van de tuin, wordt aan de tegenoverliggende zijde gespiegeld door een tegeltableau met hek, waarachter een vrouwtje met een mand eieren staat, een heel leuke trompe-l’-oeil ter wille van de symmetrie. In de tweede, lager gelegen tuin bevinden zich banken die aan de onderkant betegeld zijn met diverse afbeeldingen, waaronder een olifant. De ochtend werd afgesloten met een warme lunch in de officiersmess, onder het toeziend oog van de generaal-majoor.
Colégio Militar (9I 9J 9K 9L 9M 9N)
Voor de middag stond het Palácio dos Marqueses da Fronteira op het programma, open speciaal voor onze groep. Dit landhuis werd gebouwd als jachtslot voor João de Mascarenhas, de eerste Marquês da Fronteira, als beloning voor zijn prestaties in de vrijheidsoorlogen tegen Spanje, de Restauratieoorlogen (1640-1668). Het paleis wordt nog steeds bewoond (door de twaalfde markies) en men kan door een aantal woonvertrekken en de tuinen worden rondgeleid. Een gids gaf uitleg voor wie luisterde.
Zowel in het gebouw als in de tuinen en op de terrassen zitten erg veel spectaculaire tegels en tableaus. De afbeeldingen variëren van ridders te paard, met daaromheen portretten van de voorouders van de familie Mascarenhas, en allegorieën op de kunsten, tot, alweer, macacarias, karikaturen van musicerende apen. In de schitterende tuinen ontbreken ook een schelpengrot, een hermafrodiet en een koningsgalerij niet.
De ‘Zaal der veldslagen’ is versierd met tegeltableaus waarop taferelen uit de Restauratieoorlogen staan afgebeeld. In de eetzaal zijn rond 1670 al tableaus van Jan van Oort aangebracht, de vroegste Nederlandse tableaus in Portugal. Toelichting door Maarten van Veen.
Palácio dos Marqueses da Fronteira (9O 9P 9Q 9R 9S 9T)
Hierna splitst de groep zich in drieën:
- Gulbenkian Museum (zie de laatste zondag), waarna tegels in verscheidene metrostations worden bekeken.
- Bezoek aan antiquairs.
- Tegelfabriek Fábrica Sant’Anna.
Metrostations o.l.v. Hans van Lemmen
De tegels in de metro van Lissabon zijn zo indrukwekkend dat men de metro als een tegelmuseum kan beschouwen. De metro van Lissabon kent vier lijnen met elk een eigen kleur: rood, geel, blauw en groen. Elke lijn kent haar eigen kunstverrassingen. Het idee om de metro te versieren met tegels kwam van een aantal Braziliaanse architecten en dateert uit de jaren vijftig. De eerste negentien stations zijn versierd met geometrische patronen, niet figuratieve, om de reizigers niet af te leiden, van de beeldend kunstenares Maria Keil, de vrouw van een van de architecten. In de latere stations mochten de veelal zeer beroemde (tegel)kunstenaars wel figuratieve voorstellingen maken. Het station Oriente, bij het terrein van de Wereldtentoonstelling van 1998, bevat reusachtige tegeltableaus van beroemde kunstenaars van over de gehele wereld. Als je de metro neemt, is elk traject niet alleen een ontdekking, maar ook een reis door de geschiedenis van de tegel in de tweede helft van de twintigste eeuw.
Betegelingen op de wanden in metrostations (9U 9V 9W)
Het groepje mensen dat op zoek was naar antiquairs vond bij toeval een ruimte met een betegeld tongewelf aan de Rua Eduardo Coelho. Later blijkt dat deze brede gang zich bevindt achterin het gebouw van de zelf niet betegelde kerk Igreja das Mercês aan het Largo de Jesus. De betegeling uit 1714 is gemaakt door António de Oliveira Bernardes.
Een paar mensen hebben een bezoek gebracht aan de Fábrica Sant’Anna, waar nog op zeventiende-eeuwse wijze tegels worden gemaakt. Dit bedrijf verzorgt ook veel restauratiewerkzaamheden.
Donderdag 10 april 2008
Met de eigen bus naar het Mosteiro dos Jerónimos. Het klooster weerspiegelt de rijkdom ten tijde van de ontdekkingsreizen en is het hoogtepunt van de Manuelijnse stijl in de architectuur. Koning Manuel I gaf rond 1501, vlak na Vasco da Gama’s terugkeer van zijn historische reis, opdracht tot de bouw, die met ‘pepergeld’ werd bekostigd. De muren van de refter zijn ‘bekleed’ met achttiende-eeuwse Portugese tegels en met een tableau van de Spijziging van de vijfduizend. De ontdekkingsreiziger Vasco da Gama (1460-1524) ligt hier begraven en zijn graf is versierd met o.a. touwen en armillaria.
Velen van ons hebben daarna genoten van de pastéis de Belém (roomgebak) in de, uiteraard prachtig betegelde, Pastelaria de Belém; met koffie of thee vormen zij een heerlijke traktatie.
Door naar Sintra voor wandeling of lunch en een bezoek aan het Paço Real/Palácio Nacional en het Palácio da Pena.
De prachtige ligging van Sintra op de noordelijke hellingen van de Serra de Sintra, tussen beboste ravijnen en zoetwaterbronnen, maakte het tot een gewilde verblijfplaats voor de Portugese koningen, en later voor vele beroemde Engelsen. De hoge conische schoorstenen van het Palácio Nacional in het dorp zelf en het op een bergtop gelegen Palácio da Pena, zijn markante punten in het landschap.
Palácio Nacional: Het grootste deel van het koninklijk paleis, inclusief de grote keukens onder de conische schoorstenen, werd eind veertiende eeuw gebouwd door João I op een plek die ooit in het bezit was geweest van de Moorse heersers. Het Paço Real (de oude benaming, die ook nog gebruikt wordt, letterlijk: koninklijk paleis) werd het favoriete zomerverblijf van het hof en bleef tot de jaren 1880 een residentie van de Portugese Koninklijke familie. We zijn hier zeer hartelijk ontvangen en rondgeleid door de directrice en een conservator.
De benedenmuren van de Sala dos Brasões (= blazoenen) zijn bedekt met blauwe achttiende-eeuwse Portugese tegels. In de zaal Sala das Sereias (=sirenen) omlijsten ingewikkelde arabesken op zeldzame zestiende-eeuwse tegels (sgraffito) de deur. De overheersende kleur in de vele betegelde zalen is groen. De gigantische keukens bevatten braadspitten die werden gebruikt voor banketten, vandaar die enorme schoorstenen.
Paço Real/Palácio Nacional in Sintra
Het laatste onderdeel van deze dag was een bezoek aan het Palácio da Pena. Voor het geplande rondwandelen na afloop in de prachtige omgeving was het weer te slecht. Op de hoogste toppen van de Serra staat het spectaculaire paleis van Pena, een eclectisch ratjetoe van bouwstijlen dat in de negentiende eeuw werd neergezet voor de echtgenoot van de jonge Koningin Maria II da Glória, Ferdinand van Saksen-Coburg-Koháry. Het bevindt zich op ruïnes van een klooster dat in de vijftiende eeuw werd gesticht. De kruisgang daarvan is versierd met kleurrijke tegels. Over de ouderdom en authenticiteit van de tegels in de kapel ontstond nogal wat discussie. Het paleis staat verder vol met curiosa en is omgeven door een park met zulke steile hellingen dat onze bus niet verder mocht en het laatste deel van de tocht met een soort trammetje moest worden afgelegd.
Terug naar Lissabon, helaas niet langs de kustweg, omdat die onder water staat! Enkele mensen gaan op zoek naar het woensdag ‘ontdekte’ betegelde tongewelf.
Vrijdag 11 april 2008
Met de eigen bus over de Taagbrug naar het zuiden. Frans Caignie geeft uitgebreide toelichting op de rit en de te bezoeken paleizen met hun bijzondere tegels. Eerst de Quinta das Torres in Azeitão. Dit landgoed, gebouwd in 1570 (nu in gebruik als hotel), is voor iedere tegelverzamelaar met belangstelling voor tegels van de zestiende eeuw, een must. Boven de deuren in de eetzaal van Quinta das Torres bevinden zich twee bijzondere tegeltableaus, die worden toegeschreven aan de werkplaats van Orazio Fontana in Urbino, te dateren in het derde kwart van de zestiende eeuw. Het ene tableau toont de brand van Troje en de vlucht van Aeneas en het andere de dood van Dido (zie Tegel 28, Wilhelm Joliet). De tableaus zien er op het eerste gezicht uit als gobelins. In diezelfde zaal zijn de wanden voorzien van een plint van tegels met veelkleurige jachttaferelen (tweede helft zestiende eeuw). In de tuin bevindt zich een tegeltableau van J. Gestoso (1896).
We vervolgen onze tocht met een bezoek aan de Quinta da Bacalhôa, een prachtig landgoed uit de tweede helft van de vijftiende eeuw, oorspronkelijk het huis van D. Brites, de moeder van Koning Manuel I, omgeven door een park met bassin en wijngaarden. Enkele buitenmuren van het huis, alsook de binnenmuren van de vertrekken langs het bassin, zijn met zestiende-eeuwse Spaanse en Spaans-Vlaamse tegels bekleed. Helaas zijn de tegels in veel gevallen ernstig beschadigd. Op een terras van het hoofdgebouw, dat we met speciale toestemming van de eigenaar mochten betreden, bevinden zich tegeltableaus met allegorische afbeeldingen van grote rivieren: Euphrates (Eufraat), Wilo (Nijl), Tanubio (Donau), Douro en Momdeguo (Mondego). Deze tableaus behoren tot de oudste Portugese tegels, maar zijn dringend aan restauratie toe. Onverwacht werden we ook nog even in het woongedeelte rondgeleid.
Een wijnproeverij van de befaamde op dit landgoed verbouwde wijnen, Moscatel de Setúbal, werd ons enkele kilometers verderop aangeboden, en velen van ons konden de verleiding niet weerstaan een fles mee naar huis te nemen.
Voor de lunch reden we naar Alcochete. Dit fraaie oude stadje ziet vanaf de zuidelijke oever uit op de brede monding van de Taag. Zout is hier lange tijd een van de belangrijkste industrieën geweest en er zijn nog zoutpannen te zien ten noorden en ten zuiden van de stad. In het centrum staat een groot beeld van een gespierde zoutwerker met het opschrift: Do Sal a Revolta e a Esperança (Van zout naar opstand en hoop).
In Restaurant A Palmeira hebben we zeer uitgebreid geluncht en genoten van allerlei soorten vis. Toen we dachten klaar te zijn met eten, kwam het hoofdgerecht op tafel (vier levensgrote vissen van circa tachtig cm lengte op houtskoolvuur bereid, elke bestemd voor acht personen. Na ook nog een uitgebreid dessert hebben velen van ons later de avondmaaltijd overgeslagen.
Na een wandeling door de stad, het ‘rondje om de kerk’, met veel art nouveau tegels op de gevels, de Igreja Matriz met een betegelde torenspits (coruchéu) en prachtige tegeltableaus binnen, zijn we via de Vasco da Gamabrug teruggereden naar Lissabon, waar we eerst zijn uitgestapt voor een bezichtiging van de vele tegeltableaus in metrostation Oriente (zie woensdag). Daarna heeft een aantal mensen de tocht langs de metrostations van de Linha Vermelha voortgezet, onder leiding van Hans van Lemmen.
Na Oriente: Metrostation Olivais, met tegeltableaus van de ontdekkingsreizen gemaakt door Nuno de Siqueira, Bela Vista, met tegels van Querubim Lapa (1996), Alameda met tableaus over de ontdekkingsreizen van Costa Pinheiro e.a. (1997), en langs de Linha Verde het station Rossio, waar nog niet alle tegelbekledingen van Maria Keil afgebroken zijn.
FADO
Op woensdagavond (Tasca do Chico, Bairro Alto) respectievelijk vrijdagnacht (Mesa de Frades, Alfama) zijn twee groepjes met vrienden van Francine naar niet-toeristische casas de fado geweest. Enkelen raakten niet uitgepraat over de muziek, de ambiance en de prachtige tegeltableaus (in de Mesa de Frades). Zaterdagmiddag bij de lunch in Alfama kwamen sommigen tot hun grote vreugde opnieuw in een kelder met fados terecht.
De oorsprong van de fado moet vermoedelijk worden gezocht in Brazilië, rond 1800, waar de zwarte slaven met de lundum hun treurige lot bezongen en uitdrukking gaven aan hun heimwee naar Afrika. De lundum onderging de invloed van de Braziliaanse modinhas (populaire liedjes) en tegen het eind van de achttiende eeuw begonnen in Lissabon de armen in Alfama en Mouraria deze voorloper van de fado te zingen. Dit is slechts een van de theorieën, naast die van Arabische invloed en van verwantschap met de liederen van de Galicisch-Portugese troubadours. In elk geval is sinds die tijd de fado het muzikale vehikel bij uitstek voor de Portugese melancholie en saudade.
Zaterdag 12 april 2008
Een klein groepje vertrekt om 07.10 uur met taxi’s naar de Feira da Ladra (vlooienmarkt, letterlijk: dieveggemarkt). Een van ons vindt direct een boek over de Quinta da Bacalhôa. Hier en daar wordt een kleinigheid gekocht, maar geen ‘spannende’ aanwinsten. Op Portugees tegelgebied is er wel veel aanbod. Aansluitend struint het groepje langs antiekzaken - waar een vroege tegel toe te schrijven aan Antwerpen wordt gevonden - en brengt het wederom (voor sommigen de eerste keer) een uitgebreid bezoek aan de Bakkerij aan de Rua de Campo de Ourique (zie maandag). Tevens wordt de grootste tegelhandelaar van Portugal bezocht, in de Rua. D. Pedro V.
De grootste groep gaat met Francine Stoffels en Hans van Lemmen een tegelwandeling maken vanaf het hotel naar de wijken Mouraria en Graça. Maar eerst, bij het plein Martim Moniz, rechts de Igreja da Nossa Senhora da Saúde en links het Hospital de São José, vol lambriseringen van achttiende-eeuwse blauwe tegeltableaus en bovenaan een trap een tableau met de voorstelling van Maria Hemelvaart. Vervolgens langs de Avenida Almirante Reis met veel art nouveau tableaus. Na de schitterende gevel van de tegelfabriek Viúva Lamego, van Ferreira das Tabuletas (dezelfde als van de Cervejaria da Trindade), moeten er trappen beklommen worden die tot in de hemel lijken te reiken. Iedereen overleeft het en wordt beloond met prachtige uitzichten over de stad en art nouveau tegels. Uiteindelijk daalt men weer, naar Alfama, voor een late lunch.
’s Avonds een geweldig afscheidsdiner in het dichtbij het hotel gelegen Casa do Alentejo. Ook hier zitten in het gebouw en de zalen ontzettend veel tegeltableaus die aan renovatie toe zijn. We zitten aan vier ronde tafels van acht personen. Tussen het eten en drinken door houdt Henk Oswald namens de deelnemers een toespraak en worden Francine Stoffels, Marianne Holtkamp en ook de anderen die hebben bijgedragen om deze reis tot een succes te maken, in het ‘zonnetje’ gezet.Een antwoord hierop door Francine kan niet uitblijven !
Zondag 13 april 2008
De vrije ochtend wordt door iedereen anders beleefd.
Een groepje brengt een bezoek aan het Museu Calouste Gulbenkian. Het museum, waarin de unieke kunstcollectie van Galouste Gulbenkian is ondergebracht, behoort tot de mooiste musea van Lissabon (geopend in 1969). Het gebouw, dat in een uitgestrekt park ligt, waardoor sommige kamers natuurlijk licht krijgen, werd speciaal ontworpen om de collectie van de stichter zo fraai mogelijk tentoon te stellen. De collectie overspant vierduizend jaar: van oude Egyptische beeldjes en doorzichtig islamitisch glas tot Iznik tegels en art nouveau broches. Het museum is vrij klein, maar ieder kunstwerk, zoals de magnifieke stukken uit de verzameling oosterse en islamitische kunst, of de uitgelezen collectie Europese schilderskunst, o.a. een portret van een oude man van Rembrandt uit 1645, en meubelen, is het bekijken meer dan waard!
Rond het middaguur haalt de bus ons op voor de terugreis. Op de valreep maakt een Japanner nog een foto van de gehele groep. De vlucht verloopt voorspoedig en aangekomen op Schiphol neemt iedereen afscheid.
Inmiddels is er een zeer geslaagde reünie geweest bij Maaike & Henk Oswald in Harlingen.
De verslagcommissie
- Will van den Berge
- Hedwig Caignie
- Nora de Nas
Eindredactie
- Francine Stoffels