Het Nederlands Tegelmuseum in Otterlo opende 7 september de expositie
Exotisch, luxueus, hygiënisch
met tegeltableaus uit eigen collectie.
Aan het begin van de 20e eeuw groeit naast het inzicht in het belang van goede hygiëne, ook het belang van promotie. Winkeliers die zich op een koopkrachtig publiek richten gaan hun winkels van wandtegels voorzien. Deze zijn goed te reinigen en bieden decoratieve mogelijkheden om de betekenis en de uitstraling van de winkel te ondersteunen. Langs de wanden komen grote, kleurige en fris geglazuurde tableaus die, als reclameplaten, een geïdealiseerd beeld geven van de landelijke (bijvoorbeeld boter) of juist exotische (bijvoorbeeld thee) herkomst van de koopwaar.
Kampioen van de winkeltegels is ongetwijfeld de Bossche firma P. de Gruyter & Zn, ruim een halve eeuw de grootste kruidenier van Nederland. Tientallen winkels door het hele land worden in de periode 1900 – 1940 voorzien van series tableaus. Aanvankelijk in art-nouveaustijl en later een stuk soberder. Niet alleen bij de grote ketens maar ook bij zelfstandige slagers, bakkers en viswinkels, worden de interieurs verrijkt met fraaie tegelwanden. Winkels verdwijnen en ideeën over de inrichting veranderen. De bestaande tegelwanden passen dan niet meer bij de huisstijl en worden gesloopt of verdwijnen achter betimmeringen.
In de jaren tachtig heeft het Tegelmuseum diverse tableaus weten te redden van de sloop. In de nieuwe expositie worden diverse fraaie tableaus uit haar collectie aan het publiek getoond. Voorbeelden zijn de tegels uit 1921 met het thema visserij van de firma Rienstra uit Amsterdam en natuurlijk tegels van De Gruyter & Zn.
Belangrijke producenten van dergelijke tableaus waren: Plateelfabriek de Distel uit Amsterdam, faience en tegelfabriek “Holland” te Utrecht en Plateelbakkerij Zuid-Holland te Gouda.